Verder door de geschiedenis

"Een veelgemaakte fout: mensen denken dat ze veilig zijn omdat ze handschoenen dragen" Dr. Marcus Reska
Het ene masker is het andere niet: moleculair bioloog dr. Marcus Reska van het Duitse BZH (Beratungszentrum für Hygiene, adviescentrum voor hygiëne) legt uit in welke situaties een ademhalingsmasker deel moet uitmaken van de persoonlijke beschermingsmiddelen (PBM), welke factoren van invloed zijn op de lekdichtheid van het masker en waarop moet worden gelet bij het opzetten en afnemen van het masker.
In een ziekenhuisomgeving wordt onderscheid gemaakt tussen twee typen maskers. Ten eerste is er het uit meerdere lagen opgebouwde mondneusmasker dat ook als chirurgisch mondneusmasker bekend staat. Het mondneusmasker wordt gewoonlijk door patiënten gedragen om anderen te beschermen, bijvoorbeeld tegen slijmdeeltjes of grotere druppels bij zwaar hoesten. Dergelijke mondneusmaskers worden conform hun oorspronkelijke doel in de beroepscontext van de gezondheidszorg tijdens een operatie gedragen door het operatieteam, om besmetting van wonden te voorkomen. Mondneusmaskers bieden in de eerste plaats bescherming tegen de ziektekiemen van de drager. In ziekenhuizen betekent dit dat mondneusmaskers vooral voor anderen bescherming bieden. Anders is het bij het tweede type masker: het ademhalingsmasker. Dit masker maakt deel uit van de persoonlijke beschermingsmiddelen en dient als zodanig dan ook voor de bescherming van de drager zelf. Een ademhalingsmasker van klasse FFP2 is in het algemeen altijd noodzakelijk bij zogenaamde aerosolgenererende procedures. Een ademhalingsmasker van beschermingsklasse FFP2 of FFP3 beschermt de drager tegen ziektekiemen die zich bevinden in de kleinste druppels, de zogenaamde druppelkernen, en voorkomt dat deze in zijn of haar luchtwegen terechtkomen. Hoe effectief dat gebeurt, hangt bij de zogenaamde deeltjesfilterende halfmaskers (Engels: Filtering Face Pieces of FFP) af van de som van de aanwezige lekkages, de zogenaamde totale lekkage. Tot welk van de drie beschermingsklassen voor deeltjesfilterende halfmaskers een masker behoort, wordt bepaald door de maximale totale lekkage.